Genus Epitheca Charpentier, 1840
Omschrijving
Ogen zijn klein en vormen een verheffing. Antennen bestaan uit 7 segmenten. Achterhoofd dorsaal met twee behaarde "hoorntjes" [(fig. Ebimacu2.tif), kop]. Labium is sterk lepelvormig, met vele setae. Distale rand van prementum niet ingesneden. Labiale palpen met duidelijke tanding. Abdominaal segment 9 met opvallend lange laterale doornen, kunnen tot voorbij anale aanhangsels reiken. Dorsale doornen op segmenten 2-9, groot. Het dorsale oppervlak met spaarzame beharing. (naar Geijskes & van Tol, 1983; Askew, 1988)
Ontwikkeling
De eieren van E. bimaculata komen na ongeveer 5 weken uit; totale ontwikkelingsduur 3 tot 4 jaar. Lengte 27-32 mm. De larven leven in grote meren op 2-3 meter diepte. (naar Duijm & Dutmer, 1985)
In Nederland waargenomen soort:
Epitheca bimaculata (Charpentier, 1825) [(fig. Ebimacul.tif), volgroeide larve]