Genus Brachytron Evans, 1845
Omschrijving
Lob van labiale palpen spits [(fig. Bprate04.tif), vangmasker]. Ogen klein, beslaan ongeveer 1/3 van de zijkant van de kop. Kop met taps toelopend achterhoofd (fig. Bprate08.tif). Dorsale mannelijke lob stomp gerond. Abdominaal segment 6 zonder laterale doorn. Abdominaal segment 8 aan achterrand met kleine dorsale doorn [(fig. Bprate07.tif), uiteinde achterlijf mannetje]. Volgroeide larven zelden meer dan 40 mm lang. (naar Gardner, 1983; Askew, 1988; Müller, 1990)
Ontwikkeling
Eieren komen na ongeveer 5 weken uit; totale ontwikkelingsduur 3 jaar. Dieren opvallend donkerbruin; vrij traag, leven tussen de vegetatie. Lengte 36-44 mm. (Duijm & Dutmer, 1985)
Verspreiding
Het genus Brachytron heeft een verspreiding over het Noordelijk Halfrond. (naar Pinhey, 1982)
In Nederland waargenomen soort:
Brachytron pratense (O. F. Müller, 1764) [(fig. Bpratel.tif), volgroeide larve]